donderdag 14 maart 2013

Onze Joepje

Afgelopen dinsdag, 12 maart, is onze Joep in het ziekenhuis van Limoges overleden aan de gevolgen van een hersenvliesontsteking. Joep is 52 geworden.
Ik wil iedereen die dit leest en Joep de afgelopen maanden op haar blog heeft gevolgd, heel erg hartelijk bedanken.
Joep was journaliste in hart en nieren en was de laatste maanden weer helemaal in haar element met het schrijven van alledaagse en minder alledaagse avonturen en belevenissen.Ze was zo blij dat veel mensen haar verhalen lazen.

Ik laat haar blog gewoon  op het internet staan en zal het nog vaak lezen, het is voor mij dan net of ze dan zo terug kan komen.

Roger en David


donderdag 28 februari 2013

Mollen

Het voorjaar brengt niet alleen zon en ontluikend groen. Het brengt ook molshopen. Tientallen molshopen.  Een week geleden, voordat het ging vriezen, heb ik overal in de tuin grote hopen staan wegscheppen.  Er zijn alweer nieuwe.

Laat die mollen toch. Dat vind ik ook, hoogzomer en hartje winter dan. In die perioden is er bijna geen molshoop te bekennen. In voor- en najaar graven en graven en graven de mollen dat het een lieve lust is. En ziet ons grasveld eruit als een slagveld. De perken gelijken de Alpen met bergen en dalen en de grindpaden worden ontsierd door aarden vulkaantjes.

In maart begint de oorlog. Kunnen jullie wel tegen zo'n klein diertje. Ja, dat kunnen we. Het liefst zouden we ze verjagen, maar dat heeft nog niet geleid tot eclatante successen.

Neem een Keizerskroon, lees ik op internet, de geur van de bol verjaagt mollen. We hebben ooit in Nederland een kwartier lang een bol van een Keizerskroon in de auto gehad, we vergeten de stank nooit meer. Het verbaast me niets dat ook mollen er hun neus voor ophalen. Maar weten ze op internet wel hoe groot onze tuin is? Met vijftig bollen kom ik nog nergens.

En het grasveld kan ik er niet molvrij mee houden, dat maaien we iedere week. Het maaien is een van de hoofdredenen dat we de mollen willen verdrijven, de grasmaaier loopt altijd vast in de hopen. Mollen zijn klein, hun daden zijn groot, de molshopen zijn soms enorm. Vorig jaar heb ik mottenballen in de tunnels gestopt zodat de mollen hun prooi niet meer konden ruiken. Het was een kleine hint om te verhuizen. De reactie bleef niet uit. Binnen een dag had de aarde alle mottenballen weer uitgespuugd.

We hebben ook eens rookbommetjes gekocht. We deden zo'n bommetje in een gang en tien meter verderop kwam er rook uit een andere molshoop, ze werkten fantastisch. De mollen waren er alleen niet van onder de indruk. Ze wachtten tot de rook was opgetrokken en groeven verder.

Omgekeerde flessen heb ik ook geprobeerd toen de moestuin werd belaagd. De betreffende mol schoof hooguit 30 centimeter op. Mensen die we kennen kochten een anti taupe ultrason;  een apparaat dat lijkt op een paddenstoel, de steel steek je in de tunnel, het geluid vinden mollen onaangenaam. Volgens de folder dan, in de praktijk feesten mollen net zo lief naast zo'n paaltje.

Rest de mollenklem. Daar gaan ze dood van ja. Maar mollen laten zich niet zomaar klem zetten. Meestal duwen ze aarde tegen de klem en die klapt dicht met alleen kleigrond ertussen. Soms zit er daadwerkelijk een mol in de klem, vaker dan tweemaal per jaar is ons dat nog niet overkomen. Ik ben ook wel blij dat het niet vaker slaagt, ik ben een watje, ik blijf het zielig vinden.


joep-in-frankrijk heeft het de komende dagen druk met de voorbereidingen voor het nieuwe seizoen en met een nieuwe website, ik blog volgende week verder.






woensdag 27 februari 2013

Carte de fidélité

Toen wij emigreerden kieperde ik alle klantenkaarten weg. Dat gaf een heerlijk bevrijd gevoel. Maar voor je het weet zit je portemonnee weer vol met nieuwe cartes de fidélité. Om onze jongste loot van Leroy Merlin moesten we weer erg hard lachen.

In de buurt van Brive is er een nieuwe vestiging van deze bouwmarkt-keten. We kochten er een pelletkachel en de verkoper raadde ons, dat spreekt voor zich, een klantenkaart aan. Vaak weigeren we zo'n kaart - winkels proberen je hele doopceel te lichten bij inschrijving - dit keer gingen we overstag omdat het meteen geld opleverde.

Ma carte maison kost negen euro per jaar. Ja, echt waar, je moet betalen voor de kaart. Daar staat tegenover dat je de eerste dag vijf procent korting krijgt op je aankopen. Vijf procent van een pelletkachel is veel meer dan negen euro, de kaart hadden we er onmiddellijk uit.

En verder? Hebben we nog iets aan onze kaart? Maar natuurlijk! Eerst moeten we nog allemaal verf, kranen, gipsplaten en ander doe-het-zelf spul kopen, daarmee sparen we punten. Zodra we 1000 punten hebben - en 1500 euro hebben uitgegeven  - winnen we de jackpot. Dan ontvangen we van Leroy Merlin wel tien procent korting. Op één dag. Niet altijd, nee, op één dag.
Ik denk dat ik de kaart straks in tweeën breek.

dinsdag 26 februari 2013

Leegstand


En hoe ziet een huis eruit dat al 45 jaar leegstaat? Nou, ongeveer zo. Het staat midden in het dorp en iedereen spreekt er schande van. Het ziet er op zich prachtig uit, zo met die klimop, maar ik moet toegeven, stukken dak beginnen naar beneden te komen.

Dat heeft dan nog lang geduurd; het is kennelijk goed gebouwd. Binnen ziet het er nog prima uit, voor zover oude boerenwoningen in de Corrèze er prima uit kunnen zien. Piepkleine kamertjes, de gootsteen op een hoogte van pak 'm beet  zestig centimeter, dat soort werk. Bij regen stroomt de kelder vol, bij het asfalteren heeft de gemeente geen richeltje gemaakt om dat te verhinderen.

Wraak waarschijnlijk, want het huis staat ten slotte al 45 jaar leeg. Nadat de laatste bewoonster stierf kregen een stuk of vijftien neven en nichten ruzie, zo is mij verteld. De een wilde verkopen, de ander niet en zoals dat gaat met Franse erfgenamen, ze werden het niet eens.

Inmiddels zou ook niemand meer dit huis willen kopen. Fransen laten liever bouwen. Model Nice of Vendée. Ze plempen het hele land vol met dezelfde eenheidssworst. Maar daar zijn de Fransen natuurlijk niet uniek in...



maandag 25 februari 2013

Matrassen

Mijn blog gisteren over het racletten viel wat zurig uit. En ik had me nog wel voorgenomen nooit azijn te spuien. Het was koud, ik was ziek, vergeef het me, vandaag weer wat luchtigers:  matrassen.

Toen we verhuisden sleepten we onze matrassen mee. Die hadden we voor goudgeld gekocht bij een speciaalzaak in Hilversum. We sliepen er niet lekker op, maar zoals dat gaat met dure dingen, je houdt het er nog wel een jaartje of wat extra op uit. Ze waren altijd nog beter dan de oude kapokmatrassen van de vorige eigenaar van dit huis. Hij liet er negen achter; waarschijnlijk geërfd van zijn grootouders, de matrassen hadden maatje Napoléon: zo'n 1.20 bij 1.80 meter.

We maakten er een vreugdevuur van en sliepen verder op onze akelige latex-matrassen. De jaren gingen voorbij, en op een dag stonden we onszelf toe nieuwe exemplaren te kopen. En keken raar op in de winkel. Een éénpersoons Franse matras is 90 bij 1.90; een tweepersoons 1.40 bij 1.90.

We wilden geen van tweeën. Wij zochten  80 bij 200. "Deux mètres?" riep een verkoper uit. Hij begreep niets van onze wens, het was dan ook een heel klein mannetje. Wat wij zochten was in de buurt echt niet te vinden.

Uiteindelijk hebben we onze toevlucht moeten nemen tot Ikea.  Naar Toulouse of Bordeaux, in beide gevallen is het tweeënhalf uur rijden. Niet echt om de hoek. De reis maken we één keer per jaar. Als we zelf geen matrassen nodig hebben, moet er wel een aantal worden vervangen in de gîtes. Want de matrassen van Ikea liggen lekker, maar gaan bepaald niet lang mee.

Anderhalf jaar geleden huurden we een vakantiehuis in Normandië. Wij ouders sliepen op een matras van 1.60 bij 2 meter, dat bestaat dan weer wel. De jongens - één Nederlands, één Frans - sliepen in éénpersoonsbedden: beiden met de voeten buiten boord.

zondag 24 februari 2013

Raclette

En wat eten we deze maand als we worden uitgenodigd voor het diner? Raclette. Zijn wij daar blij mee? Bepaald niet. Racletten is de grote niet te vermijden show van dit moment. De hele supermarkt ligt vol met voorgesneden kaas en voorverpakte plateaus vleesbeleg.

Raclette is oorsponkelijk Zwitsers. Een halve grote kaas wordt aan één kant verwarmd en je schraapt - van het werkwoord râcler - er steeds een plak af. Het wordt gegeten met aardappelen en augurken en gedronken met thee of witte wijn.

Hier niet hoor, hier is de moderne variant in zwang. Die met witte wijn en heel veel vleeswaren. Er wordt niets geschraapt, we verwarmen de voorgesneden plakjes smakeloze kaas op een soort gourmettestel. Onderin de kaas, boven het vlees. Daarbij krijgen we in de schil gekookte aardappelen.

Bij mensen gaan eten en dan zelf moeten koken heb ik altijd al een beetje raar gevonden. Maar als ik dan ook nog stopverf in een bakje moet opwarmen, loop ik niet over van enthousiasme. Ik zal blij zijn wanneer de raclette-tic weer is afgesloten. Helaas kunnen we er de klok op gelijk zetten dat er volgend jaar weer wordt geraclet. Misschien moeten we het heft in eigen handen nemen en andere kaas inzetten. Ons kind is zo'n acht jaar geleden op schoolreis geweest  in Chamonix, hij  herinnert zich tot de dag van vandaag dat de raclettekaas daar waanzinnig lekker was. En niks voorverpakt, hij schraapte zelf.

zaterdag 23 februari 2013

Poêle à granulés


Hier is hij dan, onze nieuwe trots, onze poêle à granulés. In het Nederlands heet zo'n kachel om onduidelijke redenen een pelletkachel. Er gaan granules in, korrels. De naam korrelkachel zou misschien een beetje gek zijn, ik geef het toe.

De korrels zijn van hout, onder hoge druk samengeperst, er wordt niets aan toegevoegd. Ze gaan in een reservoir bovenin de kachel. Met een soort wokkel voert de kachel de korrels gedoseerd naar de verbrandingskamer. Daar is een gloeispiraal die de pellets doet ontbranden. Een ventilator blaast de warme lucht de kamer in. Zo simpel als wat.

We hebben ook overwogen om een houtkachel te installeren. Zo'n kachel heeft één groot voordeel: ze zijn veel goedkoper. Uiteindelijk won de pelletkachel, hij heeft meer pluspunten. Je hoeft maar één of tweemaal per dag korrels bij te vullen. De pelletkachel haalt de lucht voor de verbrandingskamer van buiten en niet uit de kamer. Je kunt zelfs min of meer de temperatuur regelen. Het rendement schijnt hoog te zijn, maar dat moeten we nog zien, mischien was het een verkooptruc...

De kachel verwarmt in elk geval goed, tot nu toe was er electrische verwarming in de gîte, de warmte is nu veel gelijkmatiger. Straks komen de eerste huurders sinds we de kachel plaatsten, over een week weten we hoe hij in de praktijk bevalt.

Waar we de pellets kopen? Bij elke doe-het-zelfzaak bij ons in de buurt liggen zakken van 15 kilo. Oorspronkelijk hadden we het plan om de korrels en vrac te laten komen, los dus, maar dat gaat vanaf tweeduizend kilo. Waar laat je zo'n berg.